Raymond van het Groenewoud
14-02-1950
Raymond van het Groenewoud

13 Singles bekijken van Raymond van het Groenewoud

De zanger werd geboren als zoon van Amsterdamse ouders. Zijn vader, Josef van het Groenewoud, vluchtte in 1947 naar Brussel om aan de dienstplicht en met name deelname aan de politionele acties in Nederlands-Indië, het huidige Indonesië, te ontkomen. In België verwierf hij als gitarist en orkestleider bekendheid onder de artiestennaam Nico Gomez. Aanvankelijk woonde het gezin in de Hoogstraat, later verhuisde het naar Schaarbeek.

Van het Groenewoud debuteerde in het begin van de jaren 70 als gitarist bij Johan Verminnen. In 1972 vormde hij de groep "Louisette" met Erik Van Neygen en Johnny Dierick; maar ook droeg hij bij tot het album Vogelenzang, 5 van Jan De Wilde. Onder het pseudoniem Raymond Lolandson schreef Van Het Groenewoud de titel-track 'Ritual', te vinden op het gelijknamige album uit 1971 van Nico Gomez And His Afro Percussion Inc., uitgebracht op Omega International.

In 1973 verscheen zijn debuutalbum 'Je moest eens weten hoe gelukkig ik was' met onder anderen gitarist Jean-Marie Aerts. 'Maria, Maria, ik hou van jou' is sterk beïnvloed door de Britse rockmuziek uit die periode, en was daarmee een van de eerste Nederlandstalige rockliedjes. Andere liedjes waren 'Bleke Lena' en 'Mijnheer de postbode'. Zijn tweede album 'Ik doe niet mee' (1975) bevatte liedjes als 'Ik wil de grootste zijn' en het poëtische 'Gelukkig zijn'. In 1977 kwam zijn album 'Nooit meer drinken' uit, met Jean Blaute als producer en Stoy Stoffelen op de drums. 'Meisjes' is nog steeds een van de populairste Vlaamse rocknummers. Van 1978 tot 1981 werkte Van het Groenewoud met zijn begeleidingsgroep De Centimeters. In 1978 maakte hij het liedje 'Vlaanderen boven', dat in 2002 verkozen zou worden tot officieel Vlaams feestlied. Meer hits volgden: 'Trek het je niet aan', 'Je veux de l'amour' en 'Chachacha'. Ondertussen bouwde hij een stevige live-reputatie op. Hij stond op het podium van Torhout-Werchter in 1978 en 1979 en NEKKA in 1978. In 1980 verhuisde hij naar Brugge en brak ook in Nederland door met een optreden op het Pinkpopfestival.

In 1983 verzorgde hij de soundtrack van Brussels by Night. In 1988 had hij een hit met het komische 'Intimiteit'.

In de vroege jaren 90 profiteerde hij mee van de heropleving van de Nederlandstalige pop in de beginperiode van Tien om te zien. 'Ik ben de man' werd een succes, en het gospelachtige 'Liefde voor muziek' werd een nummer 1-hit in België en Nederland. Dit nummer werd als uitsmijter opgenomen voor zijn verzamel-cd Meisjes: Het beste van Raymond van het Groenewoud (1990). In 1994 verscheen het live album De minister van Ruimtelijke Ordening, met nieuwe versies van oude liedjes, maar ook nieuwigheden als 'L'étranger c'est mon ami', een liedje waarmee hij protesteerde tegen de snelle opkomst van het Vlaams Blok en de onverdraagzaamheid. In de tweede helft van de jaren negentig maakte hij sobere, uitgepuurde liedjes. 'Twee meisjes' uit het album 'Ik ben God niet' (1996) werd later verkozen tot het beste Vlaamse liedje door de luisteraars van de Vlaamse Radio 1.

In 1998 verscheen het album 'Tot morgen' met liedjes als 'Help de rijken' en 'In mijn hoofd'. In datzelfde jaar zong hij de soundtrack van de Nederlands-Belgische film 'Blazen tot honderd', getiteld 'Ik zal jouw man zijn'. Hij was van midden jaren 90 tot en met 2005 de vaste afsluiter op de Gentse Feesten. Raymond van het Groenewoud eindigde in 2005 op nummer 144 tijdens de Vlaamse versie van de verkiezing van De Grootste Belg, buiten de officiële nominatielijst. In 2005 liet Raymond van het Groenewoud van zich horen met het anti-Amerikaanse nummer "Weg met Amerika", een protest tegen de politiek van George W. Bush en de Amerikaanse invallen in Afghanistan en Irak. Dit controversiële nummer werd niet zo geapprecieerd door een deel van de publieke opinie. Er werd een klacht ingediend bij het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding.

In 2008 nam hij samen met Stef Kamil Carlens en Zita Swoon de 'Wappersong' op. Deze protestsong over het project van de Lange Wapperbrug in Antwerpen, heeft "Walk and don't look back" van Peter Tosh en Mick Jagger als melodie. De tekst is van Patrick De Witte. Burgemeester Patrick Janssens verwees naar deze songtitel toen de kritiek op de Oosterweelverbinding toenam. Raymond is de partner van gewezen nieuwsanker en journaliste Sigrid Spruyt. Op 6 april 2009 gaven ze elkaar officieel het ja-woord in Brugge.
bron:Wikipedia